Teeltverslag Buckfast Teeltgroep Flevo 2018

Zoals meestal zijn de weersomstandigheden ieder jaar weer anders. Dit jaar hing het aan elkaar van records. Warmte, droogte en aantal zomerse dagen gaven allemaal weerrecords. Maar het begon allemaal wat laat omdat februari en maart juist veel koude dagen kende . Zelfs in maart werd het maar een enkele dag in de richting van de 20 graden en de rest was gewoon te koud. Als teeltgroep hebben we nog overlegd of we de plaatsingsperiode voor het  bevruchtingsstation moesten uitstellen of niet.

 De bijen zijn daardoor pas laat opgang gekomen. Eind maart toen het weer omsloeg zat er in de meeste bijenvolken maar een klein broednest. In april ontwikkelden de darrenvolken zich uitstekend zodat we toch voldoende rijpe darren hadden voor de eerste ronde van het bevruchtingsstation.  

Dit jaar hadden we darren van de B11(MM). Een lijn van Magnus Menges waarvoor we in 2017 in Duitsland hadden overgelarfd. Naast alle bekende Buckfast eigenschappen beschikt deze lijn ook over een heel hoog hygiënisch gedrag, niet te verwarren met VSH gedrag. De darrenvolken voldeden allemaal aan onze verwachtingen.

De eerste ronde van dit jaar verliep heel goed, er waren veel darren en het was mooi weer. Het weer was op acht van de veertien dagen uitstekend voor de bevruchting. De resultaten blijven wisselen per teler. De ervaren telers hadden resultaten tussen de 85%  en 100% bevruchting. Terwijl er bij anderen soms niet één gelukt is, dat is dan een teleurstelling. We proberen dan te achterhalen wat er misgegaan is en advies mee te geven om wel een goed resultaat te verkrijgen.

Ronde twee begon met een week met iets minder weer. In deze week zijn de darren maar op twee dagen naar buiten geweest. Maar de week daarna konden ze op alle dagen hun gang gaan. De tweede ronde was goed bezet. Bij de meeste imkers was het telen van de koninginnen goed gegaan. De meeste telers hadden een goede score maar deze ronde had niemand alle koninginnen bevrucht. We denken dat dat toch de invloed is van de eerste week iets slechter weer. Al met al best goed maar niet het best.

De derde ronde heeft eigenlijk alleenmaar dagen gehad van 25 graden of meer. Echt perfect weer voor bevruchtingen.Veel van de koninginnen zijn dan ook goed bevrucht. Circa de helft van het aantal plaatsen is in deze periode door ons zelf gebruikt voor het verkrijgen van nieuwe lijnen en koninginnen voor de darrenvolken van 2019 en 2020. Deze ronde ook niemand met 100% score maar gemiddeld wel zo’n 80% goed gelukt.

De laatste jaren staan de Buckfast bevruchtingsstations sterk in de belangstelling, waardoor zij binnen de kortste keren zijn volgeboekt. Zo ook bij ons. Daardoor hebben we imkers moeten teleurstellen. Het zou eenvoudig zijn meer kastjes op te stellen maar wij willen niet meer dan 10 onbevruchte koninginnen per darrenvolk om zo een hele hoge darrendruk te garanderen.  Voor ons is het vervelend als we merken dat sommige imkers helemaal niet komen opdagen met hun koninginnen. Dat er iets misgaat met de teelt overkomt iedereen wel eens, maar het is wel belangrijk dat met ons te communiceren zodat we andere imkers toch nog een plek kunnen bieden. Dit jaar hebben we het iets anders gedaan door de imkers hun opgave een maand van te voren hun inschrijving te laten bevestigen en dat heeft gewerkt, bijna iedere inzender kwam met zijn koninginnen. Deze methode gaan we ook in 2019 toepassen. De inschrijving gaan we ook pas later openen namelijk op 1 maart 2019.

Nog een ding waarmee we wel eens worden geconfronteerd is het vervliegen van de koninginnen na de bevruchting. Op zich gebeurd dit niet veel maar als het wat hard waait op een bevruchtingsvlucht wil het wel gebeuren dat de jonge koningin naar het verkeerde kastje terug gaat. Als je er 100 % zeker van wil zijn dat je je eigen koningin bevrucht in je kastje teruggekregen hebt moet je de koningin merken met een uniek merkteken. Bronstige koninginnen kunje het beste ’s ochtends heel vroeg of ’s avonds laat merken, overdag heb je grote kans dat ze wegvliegt.

Merken heeft wel een risico, meestal wil je er een aantal achter elkaar doen en dan is het gevaar is dat de een koningin stress krijgt van de geur van de vorige koninginnen. Dit omdat de geur van de koninginnen aan de gebruikte spullen, handen en vingers zit. Ons advies is dan ook om alle spullen en je handen te wassen na elke gemerkte koningin.  Ook desinfecterende handgel werkt hiervoor uitstekend.

Voor de darrenvolken voor 2019 hebben we ruim 30 volken ingewinterd. Hieruit kunnen we volgend voorjaar de beste volken uitzoeken voor het bevruchtingsstation. We hebben koninginnen van Johan van den Bongard uit Duitsland. De pedigree is:

B712 (vdB-TR) = 16. B219 (vdB-TR) mrk MKN59 = 14. B183 (vdB-TR) bal B54 (TR) = 12. B57 bal B 72 (TR) etc.

De VSH groep van Flevo is weer verder gegaan met de teelt. Deze groep bestaat nu uit 12 actieve deelnemers. Dit jaar weer met de enthousiaste medewerking van Arista Bee Research die ons bijzonder geholpen heeft met de KI en het tellen van de varroamijten in de SDI volkjes. Door het koude voorjaar kwamen de volken laat op gang maar het is ons toch gelukt in mei 40 volkjes in MiniPlus kastjes te maken en deze te voorzien van een koningin.

We hebben nageteeld van drie verschillende lijnen. Deze koninginnen zijn allemaal met behulp van KI bevrucht met het sperma van één dar. Hiervoor zijn darren van drie verschillende lijnen gebruikt. Hiervan kwamen er 38 aan de leg. Daarna hebben we de volkjes goed verzorgd en na enkele weken geïnfecteerd met 100 varroamijten per volkje. Hier hadden we de moeilijkheid dat er in juli nauwelijks varroamijten waren te vinden in de bijenvolken. De volken waren immers later gestart met broeden. Uiteindelijk hebben we zo’n 25 volkjes kunnen tellen om het VSH percentage vast te stellen. Helaas viel het resultaat qua aantallen wat tegen maar we hebben dit jaar wel onze methodes weer kunnen verbeteren. Volgend jaar weer verder.

Al met al was het weer een boeiend jaar, zeker met onze Buckfast bijen.

Tot ziens bij Buckfast Teeltgroep Flevo.

Nico Florissen en Martin Klein